ALCHEMIE
Voor mij gaat alchemie over het in mogen zien hoe intense maar verschillende dingen in mijn leven samenkomen en opeens klaar helder worden. De transformatie die dat oplevert is goud waard. En ik maak er weer eentje mee 😊. 23 juli 2018 overleed mijn vader. Ik heb het proces van zijn lijden, zijn keuze om eindelijk te gaan en de uitvaart zo toegewijd als ik kon begeleid. Het was prachtig. Maar mijn eigen verdriet voelen lukte niet. Alsof er een deksel op zat, zo voelde het.
In april van dit jaar begon ik met het werken in en contact maken met mijn voortuin, voor het eerst in mijn leven ontdekte ik de diepere betekenis van tuinieren voor mezelf. Het maakt zoveel los. 15 jaar terug had mijn vader met hulp van mijn moeder deze tuin aangelegd, en ik had hem totaal verwaarloosd. De liefde waarmee hij dit voor mij gedaan heeft, heb ik nooit kunnen voelen. Tot nu. Met golven komen de herinneringen en gevoelens terug, ook hele oude……..hij is er nog, in mijn tuintje. Er zijn nog een paar planten die hij er in zette die de verwaarlozing overleefd hebben. En, dankzij mijn dochter die niet bij de verstrooiing van zijn as kon zijn, was er nog een potje met zijn as. Ze wilde er uiteindelijk niets mee, het was gewoon voor mij bedoeld, wachtend op het moment dat ik mijn eigen ritueel mocht doen met hem. Op mijn manier.
Hij was namelijk al verstrooid, ergens in de maanden na zijn overlijden. Notabene op mijn initiatief werd hij verstrooid in zijn eigen tuin in plaats van op het strooiveld van het crematorium. Zijn tuin waar zijn ziel en zaligheid in lag, zijn alles. Ik kom uit een gezin waar emoties, maar ook liefde en compassie, open staan voor onze diepere lagen er niet mogen zijn. Sterker nog, ze zijn belachelijk en moeten ook belachelijk gemaakt worden. Weggestopt worden dus. Natuurlijk was het er wel, maar er werd niet over gesproken, dat doe je niet of alleen met sarcasme. De verstrooing was schokkend voor mij. We waren er, behalve mijn dochter, allemaal. Mijn moeder, broer, schoonzus, mijn man, kinderen….’Zeg uhhh, brulde mijn broer, wanneer gaan we die ouwe nou ff in de tuin smijten, want ik heb nog meer te doen vandaag!’. Hij pakte de urn en iedereen liep achter hem aan naar de tuin. Het was alsof ik naar een film keek. Hij draaide de dop eraf en begon op een manier waarop hij ook een zak cement zou leeggooien de as van vader in de tuin te gooien. Ik moet zeggen, het was ook echt heel veel, dat had ik ook niet verwacht. De as stoof overal heen. ‘Zo ouwe, hier nog een beetje en daar nog een beetje’, de tuin zag helemaal wit. Ik kon het niet aanzien en ook niets voelen. Maar diep van binnen kolkte het, warm, koud, rillingen, een zeer hart, goed verstopt. In deze bevroren staat wist ik niet wat ik kon doen om het geheel nog te keren. Naar stilstaan, naar voelen, naar het uitstrooien liefdevol te doen. Naar stop zeggen. Mijn waarheid spreken, ongetemd.
En zo heb ik het gedaan sinds ik begreep op mijn zesde dat ik niet meer belangrijk was voor mijn vader.
In alle stilte in het zonnetje heb ik hem uitgestrooid. Ik voel me heilig bij dit uitstrooien, ik voel zoveel verdriet en eindelijk de liefde. De liefde die ik voelde voor hem als jong kind, die zo abrupt afgekapt werd rond mijn zesde jaar. Hij was heel dol op mij, en hij zal ook altijd van mij gehouden hebben. Tot ongeveer deze leeftijd mocht ik op schoot, las hij me voor, noemde hij me ‘schatje’. Daarna was het afgelopen. Het zou kunnen dat het te maken had met mijn ontluikende seksualiteit, mijn vrouwzijn met daar tegenover zijn onderdrukte verlangen naar intimiteit en seksualiteit. Met zijn weten dat hij dat niet bij mij mocht voelen, dat dat een taboe was. Hij was zelf (ook) een verwaarloosd kind, opgegroeid zonder knuffels en koestering, misschien had hij daar uit opgemaakt dat je peuters nog wel, maar kinderen niet meer knuffelt. Ik werd woordeloos afgewezen. Toen was het traumatisch en onbegrijpelijk. Tegen de tijd dat ik in de pubertijd kwam en mijn eigen identiteit zocht, snapte hij helemaal niets meer van mij en werd ik een ‘raar mens’. Laat staan dat ik erkend en gewaardeerd werd als vrouw. Later begreep en zag ik het allemaal (je kiest wat 😉). Zo goed dat ik nu pas contact kan maken met mijn verdriet over mijn relatie met hem. Wat hield ik van hem, het voelt als een brokje teruggevonden goud, flonkerend in de aarde van mijn (onze) tuin.
Dit contact brengt me ook bij de pijn, die maakt dat ik zo bang ben om me te laten zien, om mezelf te vieren en een ondernemer te mogen zijn. Volledig van mezelf te houden no matter what! De dingen op mijn eigen mindvolle manier te doen omdat het zo voelt. En wél daarvoor te gaan staan. Hij wist niet wat hij deed en ik geloofde hem. Maar nu niet meer.
Wat voel ik me dankbaar voor deze alchemie. Mijn proces staat niet alleen, ergens deep down in alle vrouwen (en mannen) die worstelen met zichtbaarheid, ligt een gestelpte bron waardoor we ons klein en stil zijn gaan houden.
Het mag nu anders.